Aucubineglycosiden zijn erg bitter en dienen in de natuur vooral als afweer tegen vraat maar hebben voor de plant zelf ook een antibiotische werking. Ze werken antibacterieel en ontstekingsremmend.
Dit glycoside komt voor in enkele planten uit de helmkruidfamilie (Scrophulariaceae) evenals in de weegbreefamilie (Plantaginaceae). Voorbeelden van planten met aucubineglycosiden zijn: Ogentroost (Euphrasia officinalis), Erenprijs (veronika oficinalis) en Smalle weegbree (Plantago lanceolata). Ook in Valeriaaan (Valeriana officinalis) en Duivelsklauw (Harpagophytum procumbens) vinden we deze stoffen.
Hoewel een groot deel van de bitterstoffen glycosiden zijn, worden de bitterstoffen in de natuurheilkunde als een aparte groep beschreven. Niet alle bitterstoffen zijn immers glycosiden. Naast verbindingen met een suiker zijn ook andere verbindingen mogelijk. De bitterstoffen worden daarom uitegebreid als eigen groep beschreven.
De informatie die ik op mijn website publiek maak, wordt met de grootste zorgvuldigheid samengesteld. Ik ben echter geen arts dus wanneer je mijn recepten uitprobeert, doe je dat op eigen verantwoordelijkheid. De huismiddelen en recepten die ik beschrijf vervangen ook geen bezoek bij een arts. Bij lichamelijke klachten is vakkundige raad bij een arts of apotheker aan te raden. Dit geldt vooral voor zwangere vrouwen, kinderen, ouderen en mensen die medicijnen gebruiken.
Ik geef geen medisch advies over het gebruik van kruiden bij specifieke klachten of ziektes.